Hack en Oosschot. Twee ambachtskunstenaars in de schaduw van Lauweriks, De Bazel en Berlage.

Dit is een artikel over twee ambachtskunstenaars, namelijk M.J. Hack (1871-1939) en C.A. Oosschot (1870-1945). M.J. Hack is docent aan de Kunstnijverheidsschool Quellinus geweest, ten tijde dat Eibink en Snellebrand daar op school zaten. Hack was docent beeldhouwkunsten en gaf onder andere les in het snijden van maquettes uit gips. Eibink wordt speciaal genoemd vanwege het feit dat hij als leerling van Hack in de vroege periode van de Amsterdamse School (ca. 1915) de beeldhouwkunst als belangrijk onderdeel van de architectuur zag en de beeldhouwkunst ook toepaste. Voorbeelden van het werk van Eibink als leerling aan de Kunstnijverheidsschool Quellinus zijn nog te vinden in de jaarverslagen (Jaarverslag 1912, plaat 5 p.29, bijschrift p.35-36). Verder staat er vermeld dat Eibink zijn carrière begon als sierkunstenaar. "In samenwerking met Margaret Kropholler (1891-1966), in de jaren 1904-1907 opgeleid aan de eerdergenoemde meisjesschool, ontwierp Eibink in de jaren 1913-1915, op last van architect Frits Staal en zo te zien nog grotendeels op systeem, bouwceramiek voor het interieur van het gebouw van de Amsterdamse Handelsbank, Herengracht 545-549 in Amsterdam (afb.39), waarvan de derde etage onder andere bestemd was voor vergaderruimte van 'A et A'.(noot 133) Niettemin is aan de ontwerpen af te lezen dat Eibink en Kropholler zich niet meer uitsluitend hebben laten leiden door rationele overtuigingen, maar dat zij geneigd waren tot zeker exuberantie." Illustraties: detailtekening van keramisch ornament voor de hoofdtrap en de trap naar de tuin/Amsterdamsche Handelsbank Herengracht Amsterdam

Hack en Oosschot. Twee ambachtskunstenaars in de schaduw van Lauweriks, De Bazel en Berlage.

Dit is een artikel over twee ambachtskunstenaars, namelijk M.J. Hack (1871-1939) en C.A. Oosschot (1870-1945). M.J. Hack is docent aan de Kunstnijverheidsschool Quellinus geweest, ten tijde dat Eibink en Snellebrand daar op school zaten. Hack was docent beeldhouwkunsten en gaf onder andere les in het snijden van maquettes uit gips. Eibink wordt speciaal genoemd vanwege het feit dat hij als leerling van Hack in de vroege periode van de Amsterdamse School (ca. 1915) de beeldhouwkunst als belangrijk onderdeel van de architectuur zag en de beeldhouwkunst ook toepaste. Voorbeelden van het werk van Eibink als leerling aan de Kunstnijverheidsschool Quellinus zijn nog te vinden in de jaarverslagen (Jaarverslag 1912, plaat 5 p.29, bijschrift p.35-36). Verder staat er vermeld dat Eibink zijn carrière begon als sierkunstenaar. "In samenwerking met Margaret Kropholler (1891-1966), in de jaren 1904-1907 opgeleid aan de eerdergenoemde meisjesschool, ontwierp Eibink in de jaren 1913-1915, op last van architect Frits Staal en zo te zien nog grotendeels op systeem, bouwceramiek voor het interieur van het gebouw van de Amsterdamse Handelsbank, Herengracht 545-549 in Amsterdam (afb.39), waarvan de derde etage onder andere bestemd was voor vergaderruimte van 'A et A'.(noot 133) Niettemin is aan de ontwerpen af te lezen dat Eibink en Kropholler zich niet meer uitsluitend hebben laten leiden door rationele overtuigingen, maar dat zij geneigd waren tot zeker exuberantie." Illustraties: detailtekening van keramisch ornament voor de hoofdtrap en de trap naar de tuin/Amsterdamsche Handelsbank Herengracht Amsterdam