Habraken, Nicolaas John

Nicolaas John Habraken Bandoeng werd op 29 oktober 1928 geboren in Bandoeng (Nederlands-Indië). Hij is een Nederlandse architect, hoogleraar bouwkunde aan technische universiteiten (TU Eindhoven, MIT Cambridge Massachusetts), theoreticus en auteur. Zijn hoofdonderwerp is de bewonersparticipatie in de massawoningbouw, waar de bewoners actief deelnemen aan het ontwerpproces. Het visuele resultaat van zijn theorie is de 'architectuur van de montere veelvormigheid'. In de internationale architectuur wordt Habraken gezien als de belangrijkste protagonist van de participatiebeweging. Zijn boek 'De dragers en de mensen' uit 1961 is het manifest en het begin van deze beweging. De ideeënwereld van Habraken heeft niet alleen in Nederland, maar ook in Duitsland, Oostenrijk, Japan en andere landen tot invloedrijke participatieprojecten geleid. Voor zijn werk kreeg hij nationale en internationale architectuurprijzen. Bij de participatiebeweging in de woningbouw zijn de maatstaven van smaak, esthetiek en bouwkunst open en zeer verschillend. Dit komt ook tot uiting door de tweedeling van Habraken in een 'alledaagse' en 'bijzondere architectuur'. Vroeger was de 'elite" alleen verantwoordelijk voor de architectuur. Door de participatiebeweging krijgt iedereen de kans zijn idealen te verwezenlijken in de woningbouw. Bij participatieprojecten in woonwijken, die in de vakwereld als 'bijzondere architectuur' beoordeeld worden, ontstonden vaak conflicten tussen de opvattingen van leken (onder andere politici) en vakmensen. Als reactie op een conflict in het project 'Berlagewijk Bomenbuurt' in Den Haag schreef de architect Herman Hertzberger in de krant HaagWestNieuws: 'In het algemeen zie ik geen bezwaar tegen toevoegingen aan bestaande gebouwen, maar waar het zoals hier gaat om werk van grote architecten past terughouding. Belangrijke architectuur moet je gaaf houden. Je gaat toch ook niet een verdieping op het Gemeentemuseum plakken. Dus afblijven van voorbeeldige architectuur zoals van Jan Duiker, Jan Wils, Dudok en zo vele anderen die Den Haag zijn waardige gezicht hebben gegeven.'

Habraken, Nicolaas John

Nicolaas John Habraken Bandoeng werd op 29 oktober 1928 geboren in Bandoeng (Nederlands-Indië). Hij is een Nederlandse architect, hoogleraar bouwkunde aan technische universiteiten (TU Eindhoven, MIT Cambridge Massachusetts), theoreticus en auteur. Zijn hoofdonderwerp is de bewonersparticipatie in de massawoningbouw, waar de bewoners actief deelnemen aan het ontwerpproces. Het visuele resultaat van zijn theorie is de 'architectuur van de montere veelvormigheid'. In de internationale architectuur wordt Habraken gezien als de belangrijkste protagonist van de participatiebeweging. Zijn boek 'De dragers en de mensen' uit 1961 is het manifest en het begin van deze beweging. De ideeënwereld van Habraken heeft niet alleen in Nederland, maar ook in Duitsland, Oostenrijk, Japan en andere landen tot invloedrijke participatieprojecten geleid. Voor zijn werk kreeg hij nationale en internationale architectuurprijzen. Bij de participatiebeweging in de woningbouw zijn de maatstaven van smaak, esthetiek en bouwkunst open en zeer verschillend. Dit komt ook tot uiting door de tweedeling van Habraken in een 'alledaagse' en 'bijzondere architectuur'. Vroeger was de 'elite" alleen verantwoordelijk voor de architectuur. Door de participatiebeweging krijgt iedereen de kans zijn idealen te verwezenlijken in de woningbouw. Bij participatieprojecten in woonwijken, die in de vakwereld als 'bijzondere architectuur' beoordeeld worden, ontstonden vaak conflicten tussen de opvattingen van leken (onder andere politici) en vakmensen. Als reactie op een conflict in het project 'Berlagewijk Bomenbuurt' in Den Haag schreef de architect Herman Hertzberger in de krant HaagWestNieuws: 'In het algemeen zie ik geen bezwaar tegen toevoegingen aan bestaande gebouwen, maar waar het zoals hier gaat om werk van grote architecten past terughouding. Belangrijke architectuur moet je gaaf houden. Je gaat toch ook niet een verdieping op het Gemeentemuseum plakken. Dus afblijven van voorbeeldige architectuur zoals van Jan Duiker, Jan Wils, Dudok en zo vele anderen die Den Haag zijn waardige gezicht hebben gegeven.'