Reflexen : Nederlands bouwen na 1945 = Building in the Netherlands = Bauen in Holland = l'Architecture néerlandaise

De auteur uit zijn teleurstelling over de ommezwaai van Van Ravesteyn van een functionalistische naar een barokke stijl. Deze zwierige architectuur past volgens Vriend niet bij een bedrijf als de NS. Hij vraagt zich af of het Spoorwegstation Eindhoven een nieuw beginpunt van de stationsbouw zou kunnen betekenen. | Een boek over de het slagen van de wederopbouw van Nederland en de nieuwe wegen die de naoorlogse architecten zijn ingeslagen. | Het boek is een verzameling van artikelen uit het tijdschrift De Groene Amsterdammer. Op p.128 wordt de prijsvraag voor het raadhuis in Amsterdam beschreven. Het artikel geeft een korte verhandeling over de prijsvraag 29 jaar na de uitgifte van de opgave. In 1929 is het Paleis Voor Volksvlijt afgebrand; in 1937 werd de openbare Raadhuisprijsvraag uitgeschreven. In 1938 was de bekendmaking van de uitslag en vervolgens werd er een gesloten prijsvraag gegeven. Daaraan mochten meedoen J.F. en A. Staal, Duintjer en Komter, Zwiers, Berghoef en Vegter. De uitslag van de besloten prijsvraag was in 1939. In 1941 was er vervolgens een stilstand in verband met de tweede wereldoorlog en in 1945 weden Berghoef en Vegter aanbevolen als architecten voor het Raadhuis in Amsterdam. In 1947 kwam er een voorstel om het Raadhuis te bouwen aan de Amstel en in 1954 aanvaard de gemeenteraad van Amsterdam het voorstel voor de nieuwe situatie. In 1955 werd de opdracht gegeven aan Berghoef en Vegter. Het artikel geeft een korte beschrijving van A. Staal. In 1938 verwerkte de oorspronkelijke overtuigde nieuwe bouwer A. Staal niet geringe ontsteltenis bij zijn collegae door een klein maar monumentaal raadhuis in Huizen te ontwerpen dat overigens niet uitgevoerd is. Dit plan betekende een breuk met de CIAM. De plannen van Berghoef en Vegter, J.F. en A. Staal zijn onder te brengen onder een openlijke geestelijke-sociale noemer waarvan de waarde mede bepaald was door de bewust aanvaarden of onbewust ervaren invloed van Granpré Molière.

Reflexen : Nederlands bouwen na 1945 = Building in the Netherlands = Bauen in Holland = l'Architecture néerlandaise

De auteur uit zijn teleurstelling over de ommezwaai van Van Ravesteyn van een functionalistische naar een barokke stijl. Deze zwierige architectuur past volgens Vriend niet bij een bedrijf als de NS. Hij vraagt zich af of het Spoorwegstation Eindhoven een nieuw beginpunt van de stationsbouw zou kunnen betekenen. | Een boek over de het slagen van de wederopbouw van Nederland en de nieuwe wegen die de naoorlogse architecten zijn ingeslagen. | Het boek is een verzameling van artikelen uit het tijdschrift De Groene Amsterdammer. Op p.128 wordt de prijsvraag voor het raadhuis in Amsterdam beschreven. Het artikel geeft een korte verhandeling over de prijsvraag 29 jaar na de uitgifte van de opgave. In 1929 is het Paleis Voor Volksvlijt afgebrand; in 1937 werd de openbare Raadhuisprijsvraag uitgeschreven. In 1938 was de bekendmaking van de uitslag en vervolgens werd er een gesloten prijsvraag gegeven. Daaraan mochten meedoen J.F. en A. Staal, Duintjer en Komter, Zwiers, Berghoef en Vegter. De uitslag van de besloten prijsvraag was in 1939. In 1941 was er vervolgens een stilstand in verband met de tweede wereldoorlog en in 1945 weden Berghoef en Vegter aanbevolen als architecten voor het Raadhuis in Amsterdam. In 1947 kwam er een voorstel om het Raadhuis te bouwen aan de Amstel en in 1954 aanvaard de gemeenteraad van Amsterdam het voorstel voor de nieuwe situatie. In 1955 werd de opdracht gegeven aan Berghoef en Vegter. Het artikel geeft een korte beschrijving van A. Staal. In 1938 verwerkte de oorspronkelijke overtuigde nieuwe bouwer A. Staal niet geringe ontsteltenis bij zijn collegae door een klein maar monumentaal raadhuis in Huizen te ontwerpen dat overigens niet uitgevoerd is. Dit plan betekende een breuk met de CIAM. De plannen van Berghoef en Vegter, J.F. en A. Staal zijn onder te brengen onder een openlijke geestelijke-sociale noemer waarvan de waarde mede bepaald was door de bewust aanvaarden of onbewust ervaren invloed van Granpré Molière.