Sevenhuijsen, August M.J.

August M.J. Sevenhuijsen heeft geen officiële architectenopleiding gevolgd, maar was onder meer geschoold als bouwkundig tekenaar aan de 'Rijksnormaalschool voor Teekenonder wijzers' te Amsterdam. Van 1911 tot 1926 heeft hij tekenles gegeven aan de Haarlemse School voor Bouwkunde, Versierende Kunsten en Kunstambachten, waar onder andere ook C.J. Blaauw en Pieter Vorkink werkzaam waren. Hij raakte geïnspireerd door de Amsterdamse School. In een artikel in 1918 in Bouwkundig Weekblad gaf hij hoog op van de architectuur van Park Meerwijk. In zijn werk in de jaren twintig is de invloed van de Amsterdamse School terug te zien is. Niet alleen in de fantasierijke vormentaal, maar ook in het feit dat hij aandacht had voor alle details van een bouwwerk, ook het interieur. Een artikel in Bouwkundig Weekblad Architectura wijdde, na zijn dood, een artikel aan het werk van oud-collega Sevenhuijsen: “Zolang hij leefde heeft hij geworsteld en gezocht; zijn geest was eenvoudig, levendig en enthousiast. Wanneer we zijn werk overzien en ook zijn studies en schetsen, dan voelen we zijn grote liefde voor alles wat schoon was, zoowel in de natuur als in de bouwkunst. Hoewel zijn enthousiasme groot was, was hij te impulsief om krachtig te zijn. Zijn werk ondervond den invloed van sterker geesten: eerst van de Bazel in zijn eerste werk, later van de Klerk. Zijn kunstenaarstemperament moest tot dezen laatste aangetrokken gevoelen, zooals zoovele anderen, die — evenmin als hij — het verschil duidelijk voelden tusschen persoonlijk virtuoos talent en fundamenteelen gedachtenrijkdom. Het werk van Sevenhuysen uit deze periode is niet het sterkst, al waardeeren we hier de groote toewijding en de liefde waarmede alles tot stand kwam. Toen meer algemeen werd ingezien dat te groote individualiteit op een mislukking moest uitloopen, heeft ook hij zich ingetoomd. Zijn school voor Montessori-onderwijs te Haarlem toont dit door grootere beheersching van de hoofdvormen en zijn laatste arbeiderswoningen zijn weer op het plan van zijn eerste werk teruggekomen, doch door levenservaring, die hij in de tusschenliggende periode had verkregen, zijn ze van grooter waarde, vaster van compositie, grooter gezien en meer doorleefd.” In het In Memoriam in hetzelfde blad wordt zijn karakter als volgt beschreven: "Hij was ergens voor of ergens tegen. Hij was nooit onverschillig, berekenend, ook niet „braaf". Hij was wel eerlijk. Hij was steeds bezield met een jeugdig enthousiasme. Zijn geheele voorkomen, zijn optreden, was daarvan eene afspiegeling. Hij had steeds veel woorden noodig. liet omdat hij zoo graag sprak of schreef, maar wel, omdat hij iemand dan wilde overtuigen met zijn eigen strijdlust; omdat hij wat wilde overdragen op den ander van zijn eigen overbruisenden aard." Sevenhuijsen was niet allen werkzaam in Haarlem. Zo bouwde hij in Amsterdam onder meer het omvangrijke woonblok op de hoek van de Stadionweg en de Olympiaweg (1925-27). Sevenhuysen was naast architect en docent sinds de oprichting in 1929 lid van de Schoonheidscommissie te Haarlem, plaatsvervangend- en later gewoon lid van dit instituut, en voorzitter van de Kring „Haarlem" van de Bond van Nederlandsche Architecten. Verder was hij voorzitter van de plaatselijke vereniging „Kunst aan het volk". Hij was bovendien lid van de Advies-Commissie voor de Noord-Hollandsche gemeenten en voorzitter van de Schoonheidscommissie te Velsen. Zijn relatief korte loopbaan kwam ten einde toen hij op 2 mei 1934 op 45-jarige leeftijd overleed. Hij werd gecremeerd op begraafplaats Westerveld.

Sevenhuijsen, August M.J.

August M.J. Sevenhuijsen heeft geen officiële architectenopleiding gevolgd, maar was onder meer geschoold als bouwkundig tekenaar aan de 'Rijksnormaalschool voor Teekenonder wijzers' te Amsterdam. Van 1911 tot 1926 heeft hij tekenles gegeven aan de Haarlemse School voor Bouwkunde, Versierende Kunsten en Kunstambachten, waar onder andere ook C.J. Blaauw en Pieter Vorkink werkzaam waren. Hij raakte geïnspireerd door de Amsterdamse School. In een artikel in 1918 in Bouwkundig Weekblad gaf hij hoog op van de architectuur van Park Meerwijk. In zijn werk in de jaren twintig is de invloed van de Amsterdamse School terug te zien is. Niet alleen in de fantasierijke vormentaal, maar ook in het feit dat hij aandacht had voor alle details van een bouwwerk, ook het interieur. Een artikel in Bouwkundig Weekblad Architectura wijdde, na zijn dood, een artikel aan het werk van oud-collega Sevenhuijsen: “Zolang hij leefde heeft hij geworsteld en gezocht; zijn geest was eenvoudig, levendig en enthousiast. Wanneer we zijn werk overzien en ook zijn studies en schetsen, dan voelen we zijn grote liefde voor alles wat schoon was, zoowel in de natuur als in de bouwkunst. Hoewel zijn enthousiasme groot was, was hij te impulsief om krachtig te zijn. Zijn werk ondervond den invloed van sterker geesten: eerst van de Bazel in zijn eerste werk, later van de Klerk. Zijn kunstenaarstemperament moest tot dezen laatste aangetrokken gevoelen, zooals zoovele anderen, die — evenmin als hij — het verschil duidelijk voelden tusschen persoonlijk virtuoos talent en fundamenteelen gedachtenrijkdom. Het werk van Sevenhuysen uit deze periode is niet het sterkst, al waardeeren we hier de groote toewijding en de liefde waarmede alles tot stand kwam. Toen meer algemeen werd ingezien dat te groote individualiteit op een mislukking moest uitloopen, heeft ook hij zich ingetoomd. Zijn school voor Montessori-onderwijs te Haarlem toont dit door grootere beheersching van de hoofdvormen en zijn laatste arbeiderswoningen zijn weer op het plan van zijn eerste werk teruggekomen, doch door levenservaring, die hij in de tusschenliggende periode had verkregen, zijn ze van grooter waarde, vaster van compositie, grooter gezien en meer doorleefd.” In het In Memoriam in hetzelfde blad wordt zijn karakter als volgt beschreven: "Hij was ergens voor of ergens tegen. Hij was nooit onverschillig, berekenend, ook niet „braaf". Hij was wel eerlijk. Hij was steeds bezield met een jeugdig enthousiasme. Zijn geheele voorkomen, zijn optreden, was daarvan eene afspiegeling. Hij had steeds veel woorden noodig. liet omdat hij zoo graag sprak of schreef, maar wel, omdat hij iemand dan wilde overtuigen met zijn eigen strijdlust; omdat hij wat wilde overdragen op den ander van zijn eigen overbruisenden aard." Sevenhuijsen was niet allen werkzaam in Haarlem. Zo bouwde hij in Amsterdam onder meer het omvangrijke woonblok op de hoek van de Stadionweg en de Olympiaweg (1925-27). Sevenhuysen was naast architect en docent sinds de oprichting in 1929 lid van de Schoonheidscommissie te Haarlem, plaatsvervangend- en later gewoon lid van dit instituut, en voorzitter van de Kring „Haarlem" van de Bond van Nederlandsche Architecten. Verder was hij voorzitter van de plaatselijke vereniging „Kunst aan het volk". Hij was bovendien lid van de Advies-Commissie voor de Noord-Hollandsche gemeenten en voorzitter van de Schoonheidscommissie te Velsen. Zijn relatief korte loopbaan kwam ten einde toen hij op 2 mei 1934 op 45-jarige leeftijd overleed. Hij werd gecremeerd op begraafplaats Westerveld.