Laan, Johannes Antonius van der (1896-1966)

Architecten L. en J.A. van der Laan, 1921-1942 In 1921 had vader Leo van der Laan zich geassocieerd met zijn oudste zoon Johannus Antonius (Jan) van der Laan (1896-1966). Tijdens diens studietijd in Delft was H.J. Evers (1855-1929) een toonaangevend figuur. Van hem nam hij de ontwerpvolgorde over: eerst de plattegrond, dan de doorsneden en als laatste de gevels. Jan ontving in 1921 cum laude het diploma voor bouwkundig ingenieur van zijn hoogleraar M.J. Granpré Molière (1883-1972) met het cijfer 10 voor architectuur. Een van de eerste werken die hij samen met zijn vader bouwde, was de St. Josephkerk aan de Herensingel te Leiden. De kerk De Goede Herder in Wassenaar werd enkele jaren later, in 1924, gebouwd en laat een interieur zien, zoals toen als gewenst werd beschouwd voor een katholieke kerk. De Pius X kerk in Slotervaart (Amsterdam) uit 1954 geeft de nieuwe zienswijze weer van een grote onverdeelde ruimte. Leo en Jan kregen tot aan het begin van de jaren dertig voornamelijk opdrachten in Leiden van katholieke opdrachtgevers. Jan verwierf zijn landelijke bekendheid met een winnend prijsvraagontwerp in 1938 voor de bouw van een nieuw stadhuis voor de gemeente Eindhoven. Van der Laan was een traditionalist, maar handhaafde zich binnen het opkomende modernisme. Hij maakte indruk door zijn vakmanschap als tekenaar en de zuiverheid van zijn architectuur. Hij stond bekend om zijn gevoel voor verhoudingen - de groepering van massa's en verdeling van raampartijen - in de verbanden tussen openingen en muurdammen. Het maatschappelijke was binnen zijn architectuur van groot belang. Met zijn broer Johannes Theodore (Hans) van der Laan (1904-1991) discussieerde Jan veel over architectuur. Beiden hadden een zeer sterk gevoel voor verhoudingen, maar gingen hun eigen weg. Hans was in 1929 toegetreden tot de orde van St. Benedictus en had zich ontwikkeld tot een echte denker. Hij verbleef in het klooster te Oosterhout en verhuisde in 1968 naar het klooster St. Benedictusberg te Lemiers, waarvoor hijzelf de abdijkerk had ontworpen. Hans schreef over de leer van het plastische getal, een leer waarmee hij de architectuur naar een hogere orde wilde brengen door middel van de juiste maten en verhoudingen. Samen met broer Nicolaas (Nico) van der Laan (1908-1986) gaf Hans van 1945 tot 1973 de cursus 'kerkelijke architectuur' te 's-Hertogenbosch en bouwde hij in de stijl van de door hem ontwikkelde Bossche School. Nico van der Laan was als architect gevestigd te Den Bosch. De drie broers hadden samen met enkele andere studenten uit Delft onder leiding van Granpré Molière gezocht naar 'richtlijnen voor een bouwkunst, die niet alleen van menselijke waardigheid, maar ook enigszins van goddelijke majesteit zou getuigen'. Vanaf 1932 trokken zij zich jaarlijks met Pasen terug om de bouwkunst te overdenken. In 1952 namen Granpré en Jan van der Laan het initiatief tot oprichting van de Priesterskring: bijeenkomsten voor architecten die bezig waren met het ontwerpen van kerken in het bisdom Haarlem. Jan van der Laan was tijdens zijn studietijd toegetreden tot het architectenclubje Kwing-Kwang-Kwepele. Deze vereniging was door studie- en jaargenoten uit Delft in 1918 opgericht. De vereniging was tevens hun voornaamste binding, want ze ontwierpen allen in eigen stijl. In de maand mei kwamen ze bij elkaar, steeds op een andere plaats, om bij elkaar te zijn en om elkaars werk te zien, in het echt of op een tekening. J.A. van der Laan en opvolgende bureaus, 1942-1985 Na de dood van zijn vader in 1942, zette Jan van der Laan het bureau te Leiden voort. De oorlog heeft voor Jan het aantal opdrachten niet doen verminderen. Tijdens de bezetting was hij werkzaam als adviseur voor diverse gemeentes betreffende de wederopbouw van deze steden. Na de oorlog verzorgde hij de stedenbouwkundige plannen voor bijvoorbeeld Arnhem en Eindhoven. Jan ging steeds meer werk op het stedenbouwkundige vlak verrichten. Rond 1950 verzorgde hij het stedenbouwkundige plan voor de medische faculteit van de Universiteit Nijmegen, voor welke instelling hij tevens enkele gebouwen ontwierp. In 1956 ontving hij de Keizer Karel-prijs van de gemeente Nijmegen voor zijn werkzaamheden aan de medische faculteit. Jan van der Laan werd benoemd tot Commandeur in de Orde van de H. Gregorius de Grote en werd in 1955 geëerd tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau. Samen met architect Jos. Bedaux ontving hij de Van Lanschotprijs van de gemeente Tilburg voor het ontwerp van de Katholieke Economische Hogeschool in Tilburg. Uit 1949 stamt de eerste samenwerking met Th.M. van der Eerden. In 1952 ging het tweetal samenwerken met J.B. Hermans, wat resulteerde in het bureau Van der Laan, Hermans en Van Eerden. In 1957 wordt de bureaunaam uitgebreid met de naam van J.H.M. Kirch: Van der Laan, Hermans, Van der Eerden en Kirch. Kirch had overigens begin jaren vijftig de cursus 'kerkelijke architectuur' te 's-Hertogenbosch gevolgd (zie aanvraagnummer LAAXd7). Na de dood van Van der Laan in 1966 verandert de naam van het architectenbureau in Architectenbureau Kirch, Hermans, Van der Eerden.

Laan, Johannes Antonius van der (1896-1966)

Architecten L. en J.A. van der Laan, 1921-1942 In 1921 had vader Leo van der Laan zich geassocieerd met zijn oudste zoon Johannus Antonius (Jan) van der Laan (1896-1966). Tijdens diens studietijd in Delft was H.J. Evers (1855-1929) een toonaangevend figuur. Van hem nam hij de ontwerpvolgorde over: eerst de plattegrond, dan de doorsneden en als laatste de gevels. Jan ontving in 1921 cum laude het diploma voor bouwkundig ingenieur van zijn hoogleraar M.J. Granpré Molière (1883-1972) met het cijfer 10 voor architectuur. Een van de eerste werken die hij samen met zijn vader bouwde, was de St. Josephkerk aan de Herensingel te Leiden. De kerk De Goede Herder in Wassenaar werd enkele jaren later, in 1924, gebouwd en laat een interieur zien, zoals toen als gewenst werd beschouwd voor een katholieke kerk. De Pius X kerk in Slotervaart (Amsterdam) uit 1954 geeft de nieuwe zienswijze weer van een grote onverdeelde ruimte. Leo en Jan kregen tot aan het begin van de jaren dertig voornamelijk opdrachten in Leiden van katholieke opdrachtgevers. Jan verwierf zijn landelijke bekendheid met een winnend prijsvraagontwerp in 1938 voor de bouw van een nieuw stadhuis voor de gemeente Eindhoven. Van der Laan was een traditionalist, maar handhaafde zich binnen het opkomende modernisme. Hij maakte indruk door zijn vakmanschap als tekenaar en de zuiverheid van zijn architectuur. Hij stond bekend om zijn gevoel voor verhoudingen - de groepering van massa's en verdeling van raampartijen - in de verbanden tussen openingen en muurdammen. Het maatschappelijke was binnen zijn architectuur van groot belang. Met zijn broer Johannes Theodore (Hans) van der Laan (1904-1991) discussieerde Jan veel over architectuur. Beiden hadden een zeer sterk gevoel voor verhoudingen, maar gingen hun eigen weg. Hans was in 1929 toegetreden tot de orde van St. Benedictus en had zich ontwikkeld tot een echte denker. Hij verbleef in het klooster te Oosterhout en verhuisde in 1968 naar het klooster St. Benedictusberg te Lemiers, waarvoor hijzelf de abdijkerk had ontworpen. Hans schreef over de leer van het plastische getal, een leer waarmee hij de architectuur naar een hogere orde wilde brengen door middel van de juiste maten en verhoudingen. Samen met broer Nicolaas (Nico) van der Laan (1908-1986) gaf Hans van 1945 tot 1973 de cursus 'kerkelijke architectuur' te 's-Hertogenbosch en bouwde hij in de stijl van de door hem ontwikkelde Bossche School. Nico van der Laan was als architect gevestigd te Den Bosch. De drie broers hadden samen met enkele andere studenten uit Delft onder leiding van Granpré Molière gezocht naar 'richtlijnen voor een bouwkunst, die niet alleen van menselijke waardigheid, maar ook enigszins van goddelijke majesteit zou getuigen'. Vanaf 1932 trokken zij zich jaarlijks met Pasen terug om de bouwkunst te overdenken. In 1952 namen Granpré en Jan van der Laan het initiatief tot oprichting van de Priesterskring: bijeenkomsten voor architecten die bezig waren met het ontwerpen van kerken in het bisdom Haarlem. Jan van der Laan was tijdens zijn studietijd toegetreden tot het architectenclubje Kwing-Kwang-Kwepele. Deze vereniging was door studie- en jaargenoten uit Delft in 1918 opgericht. De vereniging was tevens hun voornaamste binding, want ze ontwierpen allen in eigen stijl. In de maand mei kwamen ze bij elkaar, steeds op een andere plaats, om bij elkaar te zijn en om elkaars werk te zien, in het echt of op een tekening. J.A. van der Laan en opvolgende bureaus, 1942-1985 Na de dood van zijn vader in 1942, zette Jan van der Laan het bureau te Leiden voort. De oorlog heeft voor Jan het aantal opdrachten niet doen verminderen. Tijdens de bezetting was hij werkzaam als adviseur voor diverse gemeentes betreffende de wederopbouw van deze steden. Na de oorlog verzorgde hij de stedenbouwkundige plannen voor bijvoorbeeld Arnhem en Eindhoven. Jan ging steeds meer werk op het stedenbouwkundige vlak verrichten. Rond 1950 verzorgde hij het stedenbouwkundige plan voor de medische faculteit van de Universiteit Nijmegen, voor welke instelling hij tevens enkele gebouwen ontwierp. In 1956 ontving hij de Keizer Karel-prijs van de gemeente Nijmegen voor zijn werkzaamheden aan de medische faculteit. Jan van der Laan werd benoemd tot Commandeur in de Orde van de H. Gregorius de Grote en werd in 1955 geëerd tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau. Samen met architect Jos. Bedaux ontving hij de Van Lanschotprijs van de gemeente Tilburg voor het ontwerp van de Katholieke Economische Hogeschool in Tilburg. Uit 1949 stamt de eerste samenwerking met Th.M. van der Eerden. In 1952 ging het tweetal samenwerken met J.B. Hermans, wat resulteerde in het bureau Van der Laan, Hermans en Van Eerden. In 1957 wordt de bureaunaam uitgebreid met de naam van J.H.M. Kirch: Van der Laan, Hermans, Van der Eerden en Kirch. Kirch had overigens begin jaren vijftig de cursus 'kerkelijke architectuur' te 's-Hertogenbosch gevolgd (zie aanvraagnummer LAAXd7). Na de dood van Van der Laan in 1966 verandert de naam van het architectenbureau in Architectenbureau Kirch, Hermans, Van der Eerden.